Enkel glas (ook wel float glas genoemd) wordt geproduceerd volgens de float methode, bedacht in 1952 door Pilkington. Bij deze methode wordt glas verhit en het gesmolten glas wordt vervolgens over een bad van tin gegoten. Het glas wordt langzaam afgekoeld, zodat er een vlakke glasplaat ontstaat. Floatglas bestaat uit één glaslaag.
Aan floatglas kunnen isolerende eigenschappen worden toegevoegd door het aanbrengen van coatings.
Float glas heeft vaak een wat groene uitstraling door het loodgehalte in het glas. Bij extra helder glas wordt het lood uit het glas weggelaten en verdwijnt de groenige kleur. Enkel glas is te verkrijgen in de blanke variant of in een gekleurde variant. Bovendien is floatglas te krijgen in vele gefigureerde uitvoeringen.
Enkel glas geleidt de warmte door naar buiten en je kunt dus spreken van warmteverlies. Enkel glas mag niet meer gebruikt worden in de nieuwbouw, maar is wel op grote schaal terug te vinden in oudere woningen en gebouwen. Enkel glas heeft een vele hogere U-waarde dan dubbel glas en isoleert derhalve veel minder goed.